Auteur: Ivan Beemster

  • Gügel

    Het was in het jaar 1852 dat de broers Alfred en Piëch Gügel de laatste hand legden aan wat zij noemden hun Suchmaschine. Het apparaat, niet veel groter dan een attachékoffer, had het vermogen middels een ingewikkeld mechaniek een rangschikking te maken van de dan aan het apparaat bekend zijnde informatie wanneer het werd ondervraagd over bijvoorbeeld ijsvogels of de Slag om Grolle. Tot dan toe bestond een dergelijke rangschikking enkel in stoffige indexen in kelders van grote neogotische gebouwen even buiten de stad of in de hoofden van een geleerde emiritus, maar betrouwbaar en compleet waren die indexen zelden.

    Natuurlijk was het door het net ontluikende netwerk van telax-verbindingen dat informatie op deze schaal verzameld en gedistribueerd kon worden, dat de gebroeders er überhaupt van dromen konden om, zoals zij dat zelf wat hoogdravend omschreven, die Informationen der Welt zu organisieren und universell zugänglich und nützlich zu machen. Maar hoogdravend als het toen geklonken mocht hebben, terugkijkend kunnen we enkel concluderen dat de broers zeer goed in hun missie zijn geslaagd.

    Nu wil het dat soms in de geschiedenis genie en boerenslimheid samengaan. Zoals dat niet kon worden gezegd van de schlemiel die als geen ander doorzag wat de aard en potentie was van elektriciteit, maar niet bij machte was om daar zelf enige rijkdom om geluk aan te ontlenen, zo slaagden de gebroeders Gügel erin om ten volle de vruchten te plukken van hun vinding. In de mate waarin het alle informatie in de wereld nuttig maakte, maakte het zich niet in de laatste plaats nuttig voor Alfred en Piëch.

    Een volgende keer zullen we lezen hoe precies de broers zoveel profijt konden hebben van hun Suchmaschine en alles wat daaruit voortvloeide, en ontmoeten we nog enkele andere karakters die een voorname rol speelden bij de totstandkoming van hetgeen we later leren kennen als Gügel en nog iets later als Omega.

  • Paginanaam veranderen op Facebook na 200 likes

    Disclaimer: De hieronder beschreven methode werkt momenteel alleen voor Facebook-adverteerders. Ik weet niet hoeveel besteed moet worden om in aanmerking te komen voor ondersteuning. Helaas, voor niets gaat de zon op!

    Het kan gebeuren dat je de naam van je Facebook-pagina wilt wijzigen. Omdat je een typefout hebt gemaakt, omdat je iets aan de naam moet toevoegen, omdat je bedrijf een nieuwe naam krijgt.

    Tot 200 likes is het veranderen van een paginanaam geen probleem, met meer dan 200 likes wordt het lastiger. Hoewel de supportpagina’s van Facebook aangeven dat je als pagina-beheerder de paginanaam bij meer dan 200 likes eenmalig kunt wijzigen, lijkt het erop dat dat in Nederland vaak (nog) niet mogelijk is op de beschreven manier.

    Via een kleine omweg is het – in elk geval in oktober 2014 – wel mogelijk om je paginanaam te wijzigen bij meer dan 200 likes. Het is geen gevaarlijk kunstje, hooguit een beetje verstopt, en extreem eenvoudig.

    Facebook Paginanaam veranderen bij meer dan 200 likes

    1. Ga naar https://www.facebook.com/ help/contact/221445081367260.

    2. Selecteer de pagina waarvan je de naam wilt wijzigen en geef aan om wat voor soort Facebook-pagina het gaat. Vink Ik wil toch de naam van mijn pagina wijzigen aan.

    3. Je kunt nu de nieuwe gewenste naam voor je Facebookpagina invoeren. Check hem zorgvuldig, want ik weet niet hoe vaak je het hele proces kunt herhalen. Bevestig de gevraagde informatie en klik op Verzenden.

    facebook paginanaam wijzigen

    That’s it! Je ontvangt een e-mail van Facebook met de bevestiging van je aanvraag. In de regel wordt er binnen 24 uur gereageerd op je verzoek, en na de reactie wordt je paginanaam ook direct verandert. Als je nieuwe paginanaam erg afwijkt, zal de naamswijziging tot twee weken in beslag nemen. Mensen die je pagina leuk vinden krijgen eerst per e-mail bericht van Facebook over de naamswijziging.

    Ik ben benieuwd of bovenstaande methode ook voor jou werkt!

  • Dat de zoekwoorden in AdWords niet de woorden zijn die jouw klanten intikken, en hoe daarmee te leven

    Ik ga je iets belangrijks vertellen. Misschien weet je het allang, maar misschien ook niet, en dat risico kunnen we niet lopen. Ik heb het in de eerste maanden dat ik met AdWords werkte niet geweten, en terugkijkend kun je wel stellen dat ik er in die tijd niets van begreep. Goed, daar komt het: de zoekwoorden die je in AdWords invoert, zijn niet per se de zoekwoorden die jouw potentiële klanten intikken. Zo, dat is eruit. Ik zal je vertellen hoe dat zit, en waarom hierdoor uitsluitingszoekwoorden zo belangrijk zijn. Want eigenlijk wil ik het hebben over uitsluitingszoekwoorden, maar die hebben een goede inleiding nodig.

    In AdWords is er een verschil tussen zoekwoorden en zoekopdrachten. Een zoekwoord is wat jij als adverteerder invoert in AdWords, een zoekopdracht is wat iemand invoert op Google.nl. AdWords matcht de zoekwoorden van de adverteerder namelijk aan de zoekopdrachten van gebruikers. Soms komen deze twee precies overeen, maar soms verschillen ze van elkaar. Soms verschillen ze zelfs behoorlijk veel van elkaar. Hoeveel zoekopdrachten van elkaar afwijken hangt af van het gekozen zoektype, welke variëren van breed tot exact. Op goo.gl/qdSvdo vind je een overzicht van alle zoektypen.

    Breed vs. exact adverteren

    Kies je ervoor breed te adverteren, dan zal AdWords zich wat vrijheid permitteren en diverse zoekopdrachten matchen aan jouw zoekwoord. Een voorbeeld: het zoekwoord schoenen kan dan matchen met rode schoenen, damesschoenen, laarzen en schoenzool. Kies je ervoor exact te adverteren, dan zit er nauwelijks verschil tussen jouw zoekwoord en de zoekopdracht: schoenen matcht dan met schoenen, schoen, en scheon (exacte zoekwoorden activeren ook advertenties bij “sterk gelijkende varianten” van het zoekwoord, zoals enkelvoud/meervoud of spelfouten).

    De verschillende zoektypen geven jou als adverteerder vrijheid in het targetten van je advertenties. Je kunt besluiten een aantal brede zoekwoorden te kiezen en AdWords verder haar gang te laten gaan, of uitsluitend inzetten op exacte zoekwoorden. De beste strategie ligt natuurlijk ergens in het midden, met een mix van bredere en exactere zoekwoorden. Brede zoekwoorden laten je zien dat er altijd meer zoekopdrachten zijn dan jij zelf kunt bedenken, en helpen nieuwe zoekwoorden te vinden. Exacte zoekwoorden geven je controle en inzicht in de precieze prestaties van een zoekwoord.

    Advertentie tonen of niet tonen, that’s the question

    Zoals we net hebben gezien, zorgt een breed zoekwoord dat jouw advertenties tonen bij een stuk meer zoekopdrachten dan wij samen op een goede dag zouden kunnen bedenken. Hier zitten onvermijdelijk ook zoekopdrachten tussen die niet relevant zijn voor wat jij aanbiedt. Enter uitsluitingszoekwoord. Een uitsluitingszoekwoord zorgt namelijk dat een advertentie juist niet wordt vertoond. Laten we het (fantasieloze) zoekwoord schoenen er nog even bijpakken. Stel, je bent een drukke (fantasieloze?) schoenenhandelaar die alle schoenen verkoopt, behalve Nikes en gele schoenen. Je kunt dan het brede zoekwoord schoenen toevoegen, en de uitsluitingszoekwoorden geel en Nike.

    Uitsluitingszoekwoorden toevoegen is heel eenvoudig. Zet bij het toevoegen van zoekwoorden aan een advertentiegroep een minnetje (-) voor het woord dat je wilt uitsluiten, en voilá, het is een uitsluitingszoekwoord. Het is ook mogelijk uitsluitingszoekwoorden toe te voegen aan één of meerdere campagnes tegelijk. Gebruik hiervoor de lijsten met uitsluitingszoekwoorden in de Gedeelde bibliotheek. Je kunt hier meer over lezen op http://goo.gl/T54OoS.

    Verzamelen van goede uitsluitingszoekwoorden

    Er zijn verschillende soorten uitsluitingszoekwoorden waar je over kunt nadenken:

    1. Algemene uitsluitingszoekwoorden  – Bij sommige zoekopdrachten wil je eenvoudigweg nooit gevonden worden. Denk bijvoorbeeld aan woorden als justin bieber, youtube, of sex  (tenzij je handel hebt in één van deze gebieden, natuurlijk).
    2. Irrelevante zoekopdrachten – Van het product of de dienst die je aanbiedt, heb je zelden alle bestaande varianten. Merken, maten, kleuren en andere uitvoeringen die je niet kunt leveren, kun je daarom uitsluiten.
    3. Irrelevante zoekintenties – Sommige mensen zijn misschien wel precies naar jouw product of dienst op zoek, maar hebben daarbij een andere intentie dan jij: ze willen het product bijvoorbeeld gratis, of ze willen het aanschaffen in een winkel, terwijl jij een webshop hebt. Of misschien zoeken ze een handleiding van een product dat jij verkoopt.
    4. Scan de zoekopdrachten – Hoe goed je ook hebt nagedacht over alle zoekopdrachten die je wilt uitsluiten, er zitten er altijd tussen die je niet hebt overwogen. Kijk daarom om de zoveel tijd door de lijsten met overeenkomende zoekopdrachten om te zien welke ongewenste woorden daar nog in voorkomen. Deze vind je bijvoorbeeld in het tabblad zoekwoorden, onder de knop details. Ook in Google Analytics is dit rapport te vinden, onder Acquisitie > AdWords > Overeenkomende zoekopdrachten. Sorteer de gegevens zo dat bezoeken met een bouncepercentage van 100% bovenaan staan, en je hebt vaak al een rijke vangst aan uitsluitingszoekwoorden.

    Pas wel op, uitsluitingszoekwoorden zijn geniepig. Ze zijn bijvoorbeeld heel exact. Om te voorkomen dat je advertenties worden vertoond bij bijvoorbeeld – daar zijn ze weer – gele schoenen, moet je alle mogelijke varianten van het woord geel toevoegen die je wilt uitsluiten: geel, gele, kanariegeel, donkergeel, matgeel, geek (ja, ook spelfouten, als je zover wilt gaan). Let er daarnaast op dat je niet meer uitsluit dan je lief is, zeker als je werkt met lijsten voor meerdere campagnes.

    Een mooi paar gele schoenen

    Voel je de kracht van het uitsluitingszoekwoord al? Al die euro’s die je nu wellicht uitgeeft aan irrelevant verkeer, kun je spoedig aan leukere dingen uitgeven. Een mooi paar gele schoenen bijvoorbeeld. Naast het voorkomen van irrelevant verkeer, zorgen uitsluitingszoekwoorden ook nog dat al je gewenste verkeer op den duur goedkoper wordt, doordat de doorklikratio waarschijnlijk toeneemt, en daarmee de kwaliteitsscore, waardoor de kosten per klik afnemen. Maar daarover een volgende keer!

    Dit artikel werd geschreven voor AdWords Robot.

  • LijnDiensten is Google Partner

    LijnDiensten is sinds enige tijd officieel Google Partner. Google Partners is het nieuwe programma van Google voor bureaus die zich specialiseren in online marketing, Google AdWords in het bijzonder.

    Alleen bedrijven die aan bepaalde voorwaarden voldoen, mogen zich Google Partner noemen. Zo moet er tenminste één gecertificeerde AdWords-specialist bij het bedrijf werkzaam zijn, en moeten de prestaties van de door de Partner beheerde Adwords-accounts van voldoende kwaliteit zijn.

    Het kiezen voor een Google Partner heeft voor u als AdWords-adverteerder duidelijke voordelen. Zo zijn we altijd op de hoogte van de laatste ontwikkelingen, en geven we blijk van onze kennis door minimaal eens per jaar een certificeringsexamen af te leggen. Ook is bij Google Partners altijd de nodige ervaring en een bewezen track record met Google AdWords aanwezig.

    LijnDiensten is Google Partner, dus voor advies over Google AdWords zit je goed. Lees meer over het opzetten of beheren van Google AdWords door LijnDiensten, of neem direct contact met ons op.

     
  • Auto Event Tracking met Google Tag Manager

    Google Tag Manager is een handige tool om alle tags op je website (voor bijvoorbeeld Google Analytics, of de AdWords remarketing-tag) op één plek, en zonder hulp van een webontwikkelaar te beheren en aan te passen. Sinds oktober is Tag Manager een stukje slimmer geworden door de toevoeging van een nieuwe functie genaamd Auto Event Tracking. Ik leg je hier kort de voordelen van Auto Event Tracking uit, hoe de techniek werkt, en hoe het zelf kunt instellen.

    Voordelen van Auto Event Tracking

    Voorheen was het nodig om een stukje code toe te voegen aan webpagina’s waarop je events (in het Nederlands ook gebeurtenissen of evenementen genoemd) wilde meten. Events zijn interacties van gebruikers met een website die voor jou van waarde zijn, en die je daarom wilt meten. Denk aan een klik op een link of download van een brochure. Auto Event Tracking maakt het – zoals de naam al doet vermoeden – mogelijk om events bij te houden zonder aanpassingen te doen in de code.

    Hoe Auto Event Tracking werkt

    Auto Event Tracking werkt middels een paar stappen. In Tag Manager is een nieuw type tags te vinden dat – eenmaal geactiveerd – op een pagina luistert naar een bepaalde gebruikersinteracties, zoals klikken. Wanneer zo’n interactie plaatsvindt, kan het deze vastleggen. Zonder al te technisch te worden, doet het dit door een Google Tag Manager event naar de gegevenslaag van de pagina te sturen.  Om dit event ook daadwerkelijk vast te leggen in rapporten, kun je het verzamelen met een tweede tag, bijvoorbeeld een event-tag van Google Analytics. Voor alle duidelijkheid, een Google Tag Manager event is dus iets anders dan een Analytics event (het tweede kan worden geactiveerd op basis van het eerste).

    Auto Event Tracking zelf instellen

    Event Event Tracking is flexibel en op verschillende manieren in te zetten. In dit voorbeeld gaan we uit van het meten van klikken op externe links, bijvoorbeeld naar partner-websites of naar je social media-profielen.

    De eerste stap is het aanmaken van een listener voor klikken op links. Dit is een tag die voor elke klik op een link een event gtm.linkClick aanmaakt. Let op, dit zijn nog geen Analytics-events: die leggen we vast in de volgende stap.

    gtm link klik listener

    Vervolgens maken we een tag aan die gegevens daadwerkelijk vastlegt in Analytics zodra er een klik op een externe link plaatsvindt. Kies hiervoor als tagtype Google Analytics of Universal Analytics (afhankelijk van welke je gebruikt), en kies als trackingtype evenement. Bij categorie kun je een vaste waarde invoeren. Selecteer bij actie de macro {{element url}}: deze macro vult automatisch de aangeklikte externe link aan. Zo krijg je in Analytics dus toegang tot rapporten die precies vertellen welke externe links op jouw website zijn aangeklikt.

    gtm analytics event toevoegen

    Om te zorgen dat de tag alleen geactiveerd wordt bij een klik op een externe link, voegen we een aan de Analytics event-tag regel toe met twee voorwaarden. De eerste controleert of er überhaupt een klik op een link plaatsvindt, de tweede controleert of de link wel naar een pagina buiten het eigen domein leidt.

    gtm regel toevoegen

    Het volgen van klikken op externe links is natuurlijk maar één toepassing van Auto Event Tracking. Op de website van Justin Cutroni vind je meer mogelijkheden.

    Natuurlijk ben ik benieuwd naar jouw ervaringen met, of vragen over Auto Event Tracking!

  • Workshop online marketing in de Stevenskerk

    Optimaliseer voor gebruikers, niet voor zoekmachines. Dat was mijn boodschap in de workshop over online marketing 11 oktober, in de prachtige Zuiderkapel van de Stevenskerk te Nijmegen tijdens de eerste Co-work Friday aldaar.

    De presentatie bij de workshop vind je hieronder, of op Slideshare. Als je vragen of suggesties hebt, hoor ik natuurlijk heel graag van je. Op sommige onderwerpen in de presentatie (gebruikersoptimalisatie i.p.v. zoekmachineoptimalisatie, Google+ gebruiken om zoekresultaten direct te beïnvloeden) kom ik in dit blog later nog terug.

  • Werken in de cloud: tips & tools voor freelancers

    Een laptop met internetverbinding waar dan ook ter wereld is voor een online marketeer genoeg om er kantoor te houden. Bijna alle gegevens en diensten die ik gebruik staan niet (alleen) op mijn eigen laptop, maar ergens op een server ver van huis. Nu is het niet zo dat ik een groot deel van mijn tijd doorbreng in zonnige oorden met een computer op schoot. Deze eenvoudige vorm van cloud computing stelt me echter wel in staat om flexibel te zijn en thuis te werken, bij klanten, in een café, in de trein of op de camping (als het echt moet). Mijn eigen laptop heb ik daar niet eens echt voor nodig. Het is dan ook geen ramp als die er onverhoopt een keer mee ophoudt.

    De meeste diensten die ik gebruik om te kunnen werken in de cloud zijn gratis of voor een klein bedrag beschikbaar. Ik heb ze hieronder voor je op een rijtje gezet. Sommige zijn al wijdverbreid bekend, andere hebben minder gebruikers maar zijn minstens zo goed. Bijna alle genoemde tools zijn uitsluitend Engelstalig; je zult het Engels tenminste een beetje moeten beheersen om ermee overweg te kunnen.

    Asana

    Asana is een online applicatie voor het beheren van projecten en taken. Ik gebruik het zowel voor het beheren van mijn eigen to-do’s als voor het beheren van projecten door teams. Asana ziet er niet alleen prachtig uit, het werkt ook heel erg mooi en eenvoudig. Het draait prima in elke browser, daarnaast is er een app voor Android en iOS. Het is gratis te gebruiken door teams niet groter dan 15 mensen.

    asana
    Taken en projecten beheren in Asana.

    Toggl

    Het bijhouden van uren kan een behoorlijke uitdaging zijn. Ik heb verschillende oplossingen geprobeerd, waarvan Toggl vooralsnog de beste en eenvoudigste is. Je voert in waar je aan werkt en klikt op “start” om de timer te laten lopen. Toggl werkt in je browser, maar er is ook een desktop-versie en een app (Android en iOS). De basisvariant is gratis. Als je toegang wilt tot meer functies (klanten, teams, labels, uurtarieven en rapporten) kost Toggl $ 5,- per maand.

    Toggl
    Tijd bijhouden met Toggl.

    Wave accounting

    Veel boekhoudpakketten zijn duur en bieden meer functies dan je ooit hoopt nodig te hebben. Wave Accounting is gratis (door advertenties) en overzichtelijk, en speciaal ontwikkeld voor kleine bedrijven en freelancers. Het bevat onder andere facturatie, accounting en een mogelijkheid om bonnetjes te archiveren. De Engelstalige ondersteuning is kundig en antwoordt in no-time. Wave is Noord-Amerikaans, maar daar heb ik met mijn Nederlandse boekhouding nog geen last van gehad. Informeer wel even bij je boekhouder of hij met Wave overweg kan.

    Wave accounting
    Gratis accounting in de cloud met Wave.

    Google Apps

    Google Apps is de betaalde, zakelijke versie van een pakket apps dat velen al gratis gebruiken met hun Gmail-adres: Gmail, Agenda, Drive, Documenten, Hangouts en Sites. Met Apps kun je Gmail gebruiken met je eigen domein (bijvoorbeeld @lijndiensten.com). Met Documenten maak en deel je online documenten, Excel-sheets en presentaties. Je hebt online 30GB opslagruimte voor e-mails, documenten, foto’s en andere bestanden. Apps kost € 4,- per gebruiker per maand. Het is eenvoudiger en goedkoper dan veel vergelijkbare oplossingen, maar je moet het wel aandurven zoveel toe te vertrouwen aan het grote Google.

    Google Chrome

    Een laatste tip om nog makkelijker in de cloud te werken is het gebruik van Google Chrome in combinatie met een Google-account (dat is, een Gmail- of Google Apps-account). Eenmaal ingelogd heb je op elke computer toegang tot al je browserinstellingen, zoals bladwijzers, apps, wachtwoorden en browsergeschiedenis. Zo heb je op elke computer direct volledige toegang tot je eigen kantoor (inclusief Asana, Toggl, Wave, Apps, enzovoorts).

    Ken jij nog een handige online tools die niet in het lijstje staan? Deel het dan hieronder!

    Beeld: Flickr, Ann Althouse.

  • AdWords Kookboek, met LijnDiensten als sous-chef

    Packt Publishing heeft afgelopen maand “Advertising on Google: The High Performance Cookbook” gepubliceerd. Het boek is geschreven door Kristina Cutura (Google, KristinaCutura.com), ondergetekende was reviewer.

    Advertising on Google AdWords - the high-performance cookbook
    Het boek biedt een schat aan informatie, zowel voor marketeers die een enkele AdWords-account beheren als voor AdWords-professionals. Het bevat 120 kant-en-klare recepten voor het opzetten of verbeteren van je AdWords. Het behalen van rendement met AdWords is een van de speerpunten van het boek.

    Wat je over AdWords zult leren

    • Gestructureerd en doelmatig een AdWords-account opzetten,
    • Kiezen van de juiste zoekwoorden,
    • Overtuigende en effectieve advertenties schrijven,
    • Optimaliseren van bestaande accounts voor het beste rendement,
    • Succes van je AdWords-account meten met geavanceerde rapportages,
    • Gebruiken van bekende en minder bekende AdWords-tools,
    • Geavanceerde advertentietechnieken, zoals remarketing en advertentie-extensies,
    • En nog veel meer.

    Bestel het boek op packtpub.com

    Heb je feedback of vragen naar aanleiding van het cookbook? Laat het hieronder weten!

  • Update voor bedrijfsvermeldingen bij Google Places

    Een bedrijfsvermelding bij Google bestaat uit verschillende bedrijfsgevens, afkomstig uit online bronnen als de Gouden Gids, websites en lokale bedrijfspagina’s. De vermeldingen worden weergegeven op Google Zoeken, Maps, Google+ en mobiel bij lokale zoekopdrachten. Door een bedrijfsvermelding te claimen bij Google Places krijgt een bedrijf meer controle over de informatie die wordt weergegeven. Het claimen en beheren van een bedrijfsvermelding is een wat onduidelijk proces, maar daar komt als het goed is verandering in. Ik zal uitleggen wat er gaat veranderen, en waarom het de moeite waard is tijd in het claimen en beheren van een bedrijfsvermelding te steken.

    Google Places is in beweging. Aanvankelijk verschenen bedrijfsvermeldingen voornamelijk op Google Maps. Onderhand zijn bedrijfsvermeldingen gekoppeld aan Google AdWords en AdWords Express, Google Offers, Google Zoeken en Google+ (Google’s sociale netwerk). De beheeromgeving van Places bleef echter onveranderd. Dit leidde – in elk geval bij mij – vaak tot digitale desoriëntatie, waarbij ik wisselde tussen Google Places, Maps en Google+ om de ware bron van mijn bedrijfsvermelding te vinden. Daar komt als het goed is verandering in: op 3 april kondigde Google een wijziging aan in de “look and feel” van Google Places.

    Ten eerste wordt de interface van Places grondig aangepast. De styling wordt in lijn gebracht met andere services, wat het invullen van bedrijfsinformatie moet vergemakkelijken. Een pop-up geeft aan welke informatie nog ontbreekt om de vermelding te voltooien. De verschillende producten – bedrijfsvermelding, pagina bij Google+, AdWords Express en Offers – worden netjes bij elkaar gebracht. Ook zullen wijzigingen sneller gecontroleerd en doorgevoerd worden, volgens Google meestal binnen 48 uur. Dat is een stuk beter dan de huidige 1-2 weken.

    Google Places Dashboard
    Het nieuwe Places-dashboard – intuïtiever en beter geïntegreerd met andere Google-diensten.

    De update is vooralsnog alleen beschikbaar in de V.S voor nieuwe vermeldingen. Voor bestaande vermeldingen in de V.S. en daarbuiten volgt de update “spoedig”. Gezien de uitdagingen die het oude Places-dashboard biedt, loont het de moeite even te wachten met het maken van een nieuwe bedrijfsvermelding tot de update ook in Nederland beschikbaar is.

    5 redenen om een bedrijfsvermelding te maken

    1. Het is gratis. Het kost – als de update zijn beloften waarmaakt – alleen een beetje tijd.
    2. Controle over je bedrijfsinformatie. Waarschijnlijk heb je al een bedrijfsvermelding, maar die is niet direct aantrekkelijk en mogelijk incorrect. Je kunt een logo plaatsen, openingstijden en een kort verhaal over waar je goed in bent.
    3. Een bedrijfsvermelding komt overal terug. Een bedrijfsvermelding verschijnt niet alleen op Google Maps. Ook bij Zoeken, Google+, AdWords en Offers kan de vermelding worden gebruikt.
    4. Wordt gevonden op lastige zoekwoorden. Wellicht lukt het niet om met je website gevonden te worden op bepaalde zoekwoorden. Een bedrijfsvermelding kan uitkomst bieden.
    5. Verzamel positieve recensies. Bij een bedrijfsvermelding kunnen recensies worden getoond. Een goede recensie is één van de beste verkoopargumenten voor je product of dienst.
  • Bouncepercentage uitgelegd

    Het bouncepercentage voor een website is het percentage bezoekers dat één pagina bekijkt en je website vervolgens weer verlaat. Deze statistiek is een goede indicatie van de relevantie van je website voor bezoekers. Hoe simpel de statistiek ook lijkt, er is het een en ander dat je moet weten om hem goed te interpreteren en te gebruiken. Daarom zet ik nog eens onder elkaar wat bouncepercentage betekent, hoe het berekend wordt en in welke rapporten in Analytics je het kunt vinden.

    Stel, je bent op vakantie en ziet een leuk restaurantje met terras en live muziek. Voordat je gaat zitten, kijk je nog even op de menukaart aan de straat. Je hebt € 20,- op zak, maar dat is bij dit restaurant net genoeg voor een half voorgerecht. Dat wordt nog even verder zoeken: bounce! Het bouncepercentage in bijvoorbeeld Analytics geeft een indicatie van dit soort ervaringen. Een hoog bouncepercentage kan erop duiden dat mensen de content op een site niet interessant of aantrekkelijk vinden. Lees verder om uit te vinden dat het meer kan betekenen.

    Hoe wordt bouncepercentage berekend?

    Bouncepercentage wordt berekend als totaal aantal bezoeken van slechts één pagina / totaal aantal bezoeken (van één of meerdere pagina’s). Voorbeeld: LijnDiensten.com had afgelopen week 100 bezoeken en een bouncepercentage van 40%. Dat betekent dat 40 bezoekers slechts één pagina op de site bezochten, de 60 resterende bezoekers bekeken er twee of meer.

    Bouncepercentage: totaal aantal bezoeken van slechts één pagina
    (met een pagina uit de subset als instappunt)


    totaal aantal bezoeken van één of meerdere pagina’s
    (met een pagina uit de subset als instappunt)

    De toevoeging “met een pagina uit de subset als instappunt” is niet nodig wanneer je bounces analyseert voor de gehele website, maar wel wanneer je slechts een deel van alle pagina’s analyseert. Bekijk onderstaande data maar eens:

    Dit lijkt misschien een slecht presterende pagina waar alle 57 bezoekers direct weer vertrekken, maar dat is niet het geval. De pagina is 57 keer bezocht, maar voor slechts één bezoeker was deze pagina het instappunt, ofwel het punt waarop de bezoeker de site binnenkwam. Het bouncepercentage wordt dus alleen berekend voor die bezoekers die op de pagina’s die je analyseert zijn binnengekomen. Met deze statistiek willen we immers alleen weten hoe goed de pagina is als landingspagina. De 56 overige paginaweergaven komen van mensen die al op onze site waren. Snap je de logica?

    Zelf het bouncepercentage berekenen

    De berekening gaat uit van bovenstaand voorbeeld. De berekening is voor educatieve doeleinden; webanalyseprogramma’s van na 1986 nemen je dit werk uit handen.

    Subset voor analyse /shop/klantenservice/
    Totaal aantal bezoeken van één pagina
    met /shop/klantenservice/ als instappunt
    1
    Totaal aantal bezoeken van één of meerdere pagina’s
    met /shop/klantenservice/ als instappunt
    1
    Bouncepercentage (1/1) * 100% = 100%

    Bouncepercentage ≠ uitstappercentage

    Bouncepercentage is niet hetzelfde als uitstappercentage. De eerste geeft aan welk percentage bezoeken begon en direct ook eindigde op dezelfde pagina. Het uitstappercentage vertelt je welk deel van de bezoeken eindigde op een pagina of een selectie pagina’s. De pagina Klantenservice had een uitstappercentage van 10,53%, wat betekent dat 6 bezoeken (57 * 10,53%) eindigde op deze pagina. Dit is inclusief onze eenzame bouncer, plus vijf andere bezoekers die van verder in de site kwamen en hun bezoek afsloten bij de klantenservice.

    Bounces analyseren in Google Analytics

    Het bouncepercentage is in vele rapporten in Analytics op te roepen. Ik geef een top-5 van handige rapporten:

    1. Doelgroep > Overzicht – Bouncepercentage gecombineerd voor alle bezoeken.
    2. Verkeersbronnen > Bronnen > Alle Verkeer – Bouncepercentage per verkeersbron. Ideaal om de kwaliteit van verschillende verkeersbronnen en campagnes te meten, zeker voor diegenen waar je tijd en geld aan spendeert.
    3. Verkeersbronnen > Advertenties > AdWords > Campagnes – Bouncepercentage per AdWords-campagne (dus alleen relevant als je adverteert via AdWords. Sterke indicatie van de relevantie van je campagnes, zeker voor e-commerce.
    4. Doelgroep > Demografie > Taal – Bouncepercentage per taal van de bezoeker. In het bijzonder handig voor meertalige websites.
    5. Doelgroep > Technologie – Bouncepercentage per browser, apparaat of besturingssysteem. Handig om te zien of de site op alle browsers en apparaten even goed presteert en eventuele problemen te detecteren.

    In een volgend bericht leg ik uit hoe je het bouncepercentage kunt interpreteren (wanneer is er sprake van een té hoog bouncepercentage) en wat je kunt doen om het te verlagen.